Om uit te zoeken welke school bij jouw kind past, kijk je eerst wat je kind nodig heeft. Denk na over de sterke punten, interesses en leerstijl van je kind. Kijk voordat je je kind bij een school aanmeldt, rond bij verschillende scholen. Vraag om een kennismakingsgesprek en rondleiding door de school en proef de sfeer. Heeft je kind aanvullende ondersteuning nodig? Het is belangrijk om goed te kijken wat een school voor jouw kind kan doen. Sommige hulp moet de school altijd kunnen geven. Dat heet de basisondersteuning. Maar kijk ook goed wat de school voor jouw kind kan doen als aanvullende ondersteuning nodig is. In de schoolgids van de school kun je vinden welke aanvullende ondersteuning zij kunnen geven. Lees er hier meer over.
Soms weet je al voordat je kind naar school gaat, dat hij of zij aanvullende hulp nodig heeft. Dat moet je vertellen bij het aanmelden bij de school. De school gaat dan informatie verzamelen over jouw kind. Dit doen ze omdat ze willen weten welke soort hulp je kind nodig heeft en hoeveel hulp. De school vraagt aan jou als ouder om informatie over jouw kind met hen te delen. De school vraagt altijd eerst toestemming aan jou. Ook mag de school niet zonder jou toestemming overleggen met anderen buiten de school over jouw kind. De school moet van jou wel genoeg informatie krijgen om te kunnen onderzoeken wat je kind nodig heeft. Met al deze informatie onderzoekt de school binnen zes weken of ze de hulp kunnen geven die jouw kind nodig heeft. Heeft de school meer tijd nodig voor dit onderzoek dan mag de termijn verlengd worden met vier weken. Als duidelijk is wat jouw kind nodig heeft aan onderwijs en aanvullende hulp, kijkt de school of jouw kind dit bij hen kan krijgen. En of de school jouw kind dus kan inschrijven. Een nieuwe school heeft zorgplicht vanaf het moment van aanmelding. Dat blijft zo, ook als de school jouw kind niet kan inschrijven. Als je kind van school gaat wisselen, en dus al op een school staat ingeschreven, heeft de oude school zorgplicht tot je kind staat ingeschreven op de nieuwe school.
Van een school mag je verschillende vormen van hulp verwachten om het onderwijs en de ontwikkeling van je kind te ondersteunen. Zoals hulp bij
het plannen en organiseren van schoolwerk of extra oefening van de stof. Of uitleg in kleine groepjes bij lezen of rekenen. En bijvoorbeeld hulp bij de gymles of een aangepaste stoel. De school onderzoekt wat jouw kind nodig heeft aan aanvullende hulp. Dat doet de school in overleg met jou als ouder. Als je kind al op school zit, gebruikt de school informatie van de leerkracht over hoe het gaat in de klas. Maar de school kan ook vragen om informatie van zorgverleners van jouw kind. Of informatie van een vorige school of de kinderopvang. De school vraagt altijd eerst toestemming aan jou. De school mag niet zonder die toestemming overleggen met anderen buiten de school over jouw kind. Soms blijkt dat een school voor speciaal onderwijs (SO) of speciaal basisonderwijs (SBO) het beste zou zijn voor jouw kind. Hiervoor is een toelaatbaarheidsverklaring nodig (TLV).
Soms bestaat een deel van de aanvullende hulp van je kind uit jeugdhulp.
Scholen en gemeenten werken dan samen door te zorgen voor
arrangementen en maatwerk. Samenwerkingsverbanden maken daarover eens in de vier jaar afspraken met alle gemeenten in hun regio. Je kunt als ouder bij jouw gemeente ook zelf vragen om jeugdhulp. Kijk hiervoor bij de Gemeente Emmen en/of Gemeente Borger – Odoorn. Als jouw kind jeugdhulp nodig heeft om goed passend onderwijs te krijgen, dan staat hierover informatie in het ontwikkelingsperspectief (OPP). Daarin staat wat voor zorg of hulp je kind nodig heeft en hoe dat geregeld wordt.
Na de basisschool gaat je kind naar het voortgezet onderwijs. De overstap van de basisschool naar de middelbare school is een belangrijke stap. Heeft jouw kind (ook) op de middelbare school hulp nodig? Kijk dan goed of de school dit kan regelen. Lees hier meer.
Er kunnen verschillende redenen zijn waarom jij en de school iets anders vinden. Jij ziet je kind thuis, ziet hoe het zich voelt en luistert naar wat het vertelt over school. De leerkracht ziet jouw kind alleen
op school. Deze situaties kunnen anders zijn. Ook kan het zijn dat jij en de school anders denken over wat je bij jouw kind ziet. Probeer wat jij ziet en wat de school ziet met elkaar te bespreken.
Wat is er volgens jou aan de hand? En wat ziet de school? Probeer uit te vinden waar jij en school hetzelfde over denken en op welke punten jullie iets anders vinden. Luister zo goed mogelijk naar elkaar.
Probeer elkaar beter te begrijpen. Besef dat jullie allebei, school en
ouders, het beste willen voor jouw kind. Blijf je er samen niet uitkomen? Lees hier meer.